Bonte paardenstaart

Equisetum variegatum

Stengels tenger, vergroeid, vijf- tot achthoekig, onvertakt of ietsje vertakt aan de stengelvoet, onbuigzaam, altijd groen. Getande schede aan iedere okselknoop; 5 – 8 tanden, in het midden zwart, met brede vliezige rand; zwarte zone onder de tanden. Sporendoosjes(kegeltjes?) eindstandig aan de groene stengels, zwart of bruin, spits. Hoogte: 15 – 25 cm. Habitat: Grote variëteit aan habitats, heideveld, puinhellingen, droge hellingen, zandige bodems, vochtige bodem en draslanden, zowel nabij de kust als in de bergen. Algemeen. Lijkt op: Schaafstro: de Bonte paardenstaart onderscheidt zich door haar veel tengerder stengels met een smallere centrale holte en ook met minder en standvastiger tanden aan de stengelschede. Lidrus kan in de draslanden moeilijk worden onderscheiden van de Bonte paardenstaart; de Lidrus is meer vertakt en de kegel is niet spits. IJslands: Beitieski (Paardenstaartenfamilie).