Holpijp

Equisetum fluviatile

Stengels vergroeid, (cirkel-)rond, met een brede middenholte, onvertakt of met enkele korte ronde takjes. Elke okselknoop heeft een schede met 12 – 14 donkerbruine of zwarte scherpspitse tandjes, doorgaans met een lichtbruine zone tussen de tandjes. Alle stengels groen; vruchtbare stengels eindigen in een zwartachtige kegel van sporendoosjes-bladeren, stomp gepunt. Hoogte: 30 – 80 cm., in diep water nog langer. Habitat: Plassen, meren, greppels, rustige waterlopen, moerasgebied en draslanden. Algemeen. Lijkt op: Schaafstro: de Holpijp is zachter, heeft een bredere centrale holte, regelmatiger en standvastiger tandjes en groeit in natter habitats. IJslands: Fergin (Paardenstaartenfamilie).